Schuldenaars die te laat
betalen, leggen in de meeste gevallen zware administratieve en financiële
lasten op de leveranciers aan wie ze geld verschuldigd zijn. Bovendien vormt
betalingsachterstand een belangrijke oorzaak van insolventie zodat het de
overlevingskansen van de schuldeisers bedreigt.
Met
de wet ter bestrijding van betalingsachterstand bij handelstransacties (Wet van
02/08/2002 B.S. 07/08/2002) wil de
Belgische wetgever, in navolging van de Europese wetgever, buitensporige
betalingstermijnen en -achterstand verminderen.
De
wetgever wenst hiermee uitdrukkelijk de belangen van de kleine en middelgrote
ondernemingen te behartigen.
De
wet is in principe van toepassing op alle betalingen tot vergoeding van
handelstransacties. Het gaat over transacties tussen ondernemingen
onderling of tussen ondernemingen enerzijds en aanbestedende overheden of
aanbestedende diensten anderzijds, waarbij er goederen geleverd of diensten
verricht worden.
De
wet is niet van toepassing als (minstens) één van de betrokken partijen een
particulier of consument is die handelt buiten het kader van zijn
beroepsactiviteiten.
Algemeen:
Om
de betalingsachterstand bij handelstransacties te verminderen, werden er een
aantal vernieuwingen ingevoerd:
een wettelijke
betalingstermijn van dertig dagen;
de afschaffing van
verplichte voorafgaande ingebrekestelling om de moratoire intresten te doen
lopen; -
de invoering van een bijzondere wettelijke intrestvoet;
-
het recht op een vergoeding voor de invorderingskosten.
Wettelijke
betalingstermijn:
De wet voor handelstransacties
voert een nieuwe wettelijke
betalingstermijn van dertig dagen in. Deze termijn kan op drie momenten beginnen
lopen.
in principe vangt de termijn aan op de dag volgend op die van de ontvangst van
de factuur door de schuldenaar;
als deze datum niet vaststaat, of als de schuldenaar de factuur eerder ontvangt
dan de goederen of de diensten, moet de termijn gerekend worden vanaf de dag
volgend op die van de ontvangst van de goederen of de diensten;
-
ten slotte is er het geval dat de wet of de overeenkomst voorziet in een
procedure voor aanvaarding of controle. De controle heeft tot doel om na te gaan
of de goederen of diensten overeenstemmen met wat de overeenkomst bepaalt. Als
de schuldenaar de factuur ontvangt vóór of op de datum waarop de aanvaarding
of de controle plaatsvindt, beginnen de dertig dagen te lopen op de dag volgend
op die van de aanvaarding of controle.
Verplichte
ingebrekestelling afgeschaft:
Vroeger
moest een schuldeiser een schuldenaar voorafgaandelijk in gebreke stellen om de
moratoire intresten te kunnen laten lopen. De wet schaft deze vereiste af. Als
de schuldenaar niet betaalt binnen de overeengekomen of de wettelijke
betalingstermijn van dertig dagen, dan beginnen de intresten van rechtswege en
zonder ingebrekestelling te lopen vanaf de daarop volgende dag.
Een
voorafgaande ingebrekestelling is nochtans niet overbodig geworden, zeker
wanneer men de andere rechtsgevolgen ervan in overweging neemt. Het is
bijvoorbeeld aan te raden om een voorafgaande ingebrekestelling te versturen
alvorens effectief tot dagvaarding over te gaan.
Bijzondere
wettelijke intrestvoet:
Deze
intrestvoet wordt berekend door een referentie-intrestvoet te nemen (in functie
van de intrestvoet die de Europese Centrale Bank toepast voor
basisherfinancieringstransacties), deze te vermeerderen met zeven procentpunten
en af te ronden tot het hogere halve procentpunt. De bijzondere wettelijke
intrestvoet moet elke zes maanden opnieuw berekend worden, met name op 1 januari
en 1 juli.
In
geval van betalingsachterstand over een periode die twee of meer semesters
beslaat, dient voor elk van de betrokken periodes de respectieve intrestvoet op
de hoofdsom te worden toegepast. Dit kan dus enig rekenwerk vergen.
De
intrestvoet wordt elke zes maanden in het Belgisch Staatsblad gepubliceerd, al
kan dit met enige vertraging gebeuren. De intrestvoet voor het eerste semester
van 2005 was bijvoorbeeld op 21 januari 2005 nog steeds niet gepubliceerd in het
Belgisch Staatsblad.
De
bijzondere wettelijke intrestvoet is duidelijk hoger dan de gewone wettelijke
intrestvoet. Dit zorgt ervoor dat wanbetaling gedurende een langere periode
duidelijk duur uitvalt voor de betrokken schuldenaar. Hiermee wil de wetgever
schuldenaren aansporen om sneller over te gaan tot betaling.
Overzichtstabel
interesten betalingsachterstand handelstransacties sinds de wet van 2
augustus 2002
|
Periode |
Interest |
Eerste semester 2010 |
8,00
% |
Tweede semester 2009 |
8,00
% |
Eerste semester 2009 |
9,50
% |
Tweede semester 2008 |
11,50
% |
Eerste semester 2008 |
11,50
% |
Tweede semester 2007 |
11,50
% |
Eerste semester 2007 |
11,00
% |
Tweede
semester 2006 |
10,00
% |
Eerste semester 2006 |
9,50
% |
Tweede semester 2005 |
9,50
% |
Eerste semester 2005 |
9,50
% |
Tweede
semester 2004 |
9,50
% |
Eerste
semester 2004 |
9,50
% |
Tweede
semester 2003 |
9,50
% |
Eerste
semester 2003 |
10,00
% |
Tweede semester 2002 |
10,50
% |
Afwijkende bedingen:
Partijen
kunnen overeenkomen dat er tussen hen afwijkende bedingen gelden. De wet
voorziet voor de rechter echter de mogelijkheid om afwijkende bedingen die
kennelijk onbillijk zijn tegenover de schuldeiser te herzien. Ook hier is het de
bedoeling om de belangen van de schuldeisers te behartigen.
Interessant
om weten:
De
Belgische wet ter bestrijding van handelstransacties een uitvoering is van een
Europese Richtlijn, er zijn dus gelijkaardige bepalingen van toepassing op al uw
Europese handelspartners.
|